Hier en op onze website ’t Majeur doen we verslag van het bestaan aan boord en onze belevenissen, varend door Europa.

Voor een paar dagen een vaarvakantie bij ons aan boord, zie de website

Als je per email bericht wilt krijgen wanneer we een nieuwe blog toevoegen of de website hebben bijgewerkt stuur ons een mail via,
tmajeur@gmail.com, met als onderwerp "volgen".

woensdag 22 mei 2013

Diemen naar Sillery



Tot nu toe hadden we vermeden om over het Amsterdam-Rijnkanaal te varen.
Lang geleden waren we eens met een bevriende schipper een eind over het kanaal gegaan en we herinnerden het ons als druk en heel erg klotsend met vervelende golven. Aangezien we dat ook van vrijwel alle andere schippers hoorden in de loop der jaren hebben we het altijd vermeden en voeren liever een eindje om via de Amstel (ook wel een leukere route).
We hadden nu echter geen keus omdat via de Amstel gestremd was, ook wachten tot de rustigere zondag was geen optie dus daar gingen we.
Zoals al vaker is gebleken je ziet vooral op tegen het onbekende, dat overkwam ons later weer een keer, in de praktijk valt het dan erg mee.
Het is geen leuke route, wel druk, behoorlijke golfslag af en toe maar toch prima te doen. We vergeten af en toe dat we geen klein bootje zijn en je schiet wel lekker op.

Na een kort verblijf in Meerkerk zijn we doorgestoomd naar de kade bij Thieu. We hadden afspraken om met verschillende opstappers tweemaal een rondje langs de Belgische kunstwerken te varen.
De route daarheen is inmiddels bekend terrein voor ons, niet meer opwindend maar daardoor niet minder leuk. Het eerste Belgische pintje, dit keer in Klein Willebroek, was ook weer erg smakelijk.
Dat Michel de tijd in de bak omhoog bij het Hellend vlak van Ronquières gebruikt om even de mail bij te werken is echter wel erg blasé.
in de bak omhoog, Hellend vlak van Ronquières
We waren ruimschoots op tijd in Thieu en hebben onze tijd daar goed gebruikt om het hele schip schoon te maken, van binnen en van buiten, en de plantenbakken weer te vullen en een nieuw tafelblad te maken.
Dat was er na de winter en het verblijf in Groningen nog niet van gekomen. Het was tot dan toe ook te koud en te nat, gelukkig hadden we daar, half april, een periode van goed weer.
Ook tijd voor een paar klussen, zoals het nu helemaal kaal halen van de wand naar onze slaapkamer. Al sinds de bouw blijken daar een akelig soort “houtwormen” te wonen, die alleen triplex lusten. We hebben al van alles gedaan, zie meerdere blogverslagen in afgelopen jaren, maar zonder succes. Nu pakken we het rigoureus aan, kaal halen en veel hele vieze troep erop smeren om ze te verdelgen. Wel frustrerend om alles wat je geschilderd hebt er weer af te schuren.


nog een eind te gaan maar nu is het kaal

Na alle werken mochten we weer gaan varen, ook de oude en nieuwe liften zijn niet nieuw voor ons maar wel weer elke keer imponerend. Wat het extra leuk maakt is dat het voor de opstappers nieuw was. We hebben ook weer andere plekken gevonden om te overnachten, nieuwe plekken bezocht en de route moeten aanpassen omdat niet alle liften werkten.
We lagen een nacht pal voor deze verlichte lift en er landde ineens vanuit een liftdeur een kreeft op het dek.

voor de lift
een onverwachte opstapper
We wilden van Thieu via het Spierekanaal naar Lille varen. We willen er nog een keer doorvaren omdat het een leuke route is maar ook omdat het openhouden van dit kanaal voor een proefperiode van vijf jaar is. Als er niet genoeg boten passeren laten ze het weer dichtslibben, zoals het tot 2011 het geval was (zie blog augustus 2011) en dat willen we graag helpen voorkomen.
Helaas ging het niet door omdat er aan de Belgische kant een, tijdelijke, stremming was waar we niet op wilden wachten. Nu gaan we in principe op de terugweg erdoor.

We hebben een paar dagen in Antoing gelegen, daar is een bunker boot waar we onze tanks gevuld hebben, 3000 liter diesel en 2000 liter water. Alles was leeg waardoor we, na het vullen, gelijk 10 cm dieper lagen.
We hadden zo weinig diesel dat we in Thieu 4 jerrycans moesten gaan vullen bij een pompstation.
De fietskar kraakte in zijn voegen bij het terug rijden.









Antoing op de foto
Antoing, artist's impression
Vanuit Antoing met de trein naar Tournai, daar waren we twee jaar geleden doorheen gevaren maar niet gestopt. Een mooie stad, de oudste van België, veel historie en prachtige gebouwen, een Belfroi met 276 treden om boven te kome
bovenop de Belfroi, niet slecht voor iemand met hoogtevrees
en een leuk museum waar dit gezellige nijlpaard hing boven een veld, op zonnepaneeltjes bewegende, zonnebloemen.


Hoewel het ook hier, net als elders in Europa, nog veel te koud is en er onwaarschijnlijk veel regen valt zijn er gelukkig ook veel tekenen van lente.
Er bereiken ons steeds meer berichten van wateroverlast en daardoor afsluitingen op de rivieren en kanalen zuidelijker in Frankrijk. Deels ook op de route die wij gaan varen, we zijn dus ook blij dat we geen haast hebben. We weten van vorige jaren dat het ook snel kan omslaan van wateroverlast naar problemen als gevolg van te lage waterstand.
We merken het wel, kunnen er toch geen invloed op uitoefenen en als onze plannen doorkruist worden passen we ze wel aan. 



bloesem in Tournai


familie zwaan
eindeloze velden knalgeel koolzaad



eendjes zonder moeder, maar ze waren wel op tijd weg
We zijn dus via Valenciennes gevaren, waar we niet gestopt zijn, dat bewaren we voor een volgende keer.
Wel hebben we een paar dagen in Cambrai gelegen, gefrustreerd wachtend op twee simkaarten die we bij SFR besteld hadden. De ene bleek achteraf in de verkeerde brievenbus beland te zijn en de ander hebben we nog niet in handen, maar alles gaat goed komen.
In Cambrai lagen meer bekenden en dat betekent dan gezellige afspraken en contacten onderhouden.

Het Canal Saint Quentin is een mooie route en er is weinig verkeer. Hier is het commerciële verkeer duidelijk sterk afgenomen in de laatste jaren.
We passeerden de begin-stromen van de Schelde en de Somme, beide rivieren hebben we bevaren, maar hier zijn het kleine lieve beekjes.



de Somme

de Schelde

En toen kwamen we in dit kanaal bij de Tunnel de Macquincourt, de langste tunnel in Frankrijk 5,67km. We zagen er nogal tegenop om hier doorheen te gaan omdat hij zolang is en je er niet op eigen kracht door gaat maar gesleept moet worden door een elektrische sleper. Er doen nogal wat indianen verhalen de ronde en het is moeilijk om je daardoor niet te laten beïnvloeden.
We moesten ’s morgens om 9.30 uur klaar liggen voor de ingang dus waren de nacht ervoor al vlakbij afgemeerd. We hadden zo goed zicht op de “tramlijn” die gespannen is van een kilometer voor tot een kilometer na de tunnel.
Zoals gezegd was er weinig ander verkeer en we waren dan ook de eerste en enige sleep, dat was prettig omdat we geen rekening hoefden te houden met een schip achter ons en de sleper heeft een zeer stabiele koers, die zwalkt niet. Er was een sleeplijn van 30m en met een slakkengang zijn we door de tunnel gegaan. Het duurt vooral lang, ruim 2 uur en is erg koud in de tunnel. Hoewel het dus zeker meeviel waren we toch erg blij toen we aan de andere kant waren, het blijft inspannend.

in afwachting van de sleep
de tramlijn





daar passen we vast niet in
valt reuze mee
gelukkig, licht aan het eind van de tunnel
Na deze tunnel hadden we een grote hobbel genomen maar er wachtte er ons nog één waar we tegenop zagen.
De tunnel de Braye-en-Laonnois waar we twee jaar geleden forse averij aan de zonnetent hadden opgelopen.  Die schade hebben we vorig jaar laten herstellen, die zonnetent zijn we vervolgens in september verloren door een windhoos en nu hebben we ons supersonische elektrische nieuwe dak.
Zoals al meermalen deze reis bleek weer hoe makkelijk en effectief de nieuwe constructie is, bovendien zijn wij inmiddels meer ervaren en hebben meer vertrouwen in het schip en onszelf.
Deze 2,3km tunnel ging dus ook zonder probleem, maar spannend was het wel.
Panache houdt helemaal niet van tunnels en staat bijna de hele tijd geplakt tegen het been van Michel die in het gangboord staat te sturen. Zoals Michel zegt: ‘het is akelig koud in die tunnels maar mijn been is warm’.
Panache past op Michel
Tot ons genoegen merkten we dat vanaf Saint Quentin er toch meer commercieel verkeer, spitsen, op het water was en zeker beduidend meer dan twee jaar geleden toen we hetzelfde traject voeren.
Dat is een goed teken als dat inderdaad betekent dat vervoer over het water weer toeneemt, het is ‘groener’ en leidt er toe dat kanalen beter onderhouden worden.

passerende peniche
We liggen nu afgemeerd in Sillery, iets ten zuiden van Reims. We laten het schip hier, in de stromende regen, achter terwijl wij een weekje naar Amsterdam gaan.
Hopelijk is het toch echt lekker weer als we terug komen en kunnen we doorvaren in de zon zonder problemen als gevolg van wateroverlast.
Wordt vervolgd!