de route zoals die nu is |
de route zoals oorspronkelijk gepland |
Zoals op deze twee kaartjes te zien is hebben we behoorlijk
ingegrepen op onze route zoals oorspronkelijk gepland.
Toen we na ons verblijf in Amsterdam weer verder voeren
realiseerden we ons dat we sinds we in maart uit Amersfoort vertrokken waren
meer vaardagen en motoruren gemaakt hadden dan we prettig vonden, minder aan
het verkennen van de omgeving waren toegekomen dan we wilden en ons gevoel van
onthaasting een beetje kwijt waren (en daar is dit toch allemaal om te doen).
Bovendien was het moment daar om goed te plannen waar we
wilden afspreken met degenen die binnenkort met ons komen meevaren, zodanig dat
we ook met hen leuke en interessante vaarroutes hebben en niet het risico lopen
dat we ergens vastlopen omdat er problemen zijn op de vaarwegen.
We hadden inmiddels gehoord dat het voor ons dit jaar niet
mogelijk is om de rally op de Nivernais bij te wonen; als gevolg van de vele
regenval is de Nivernais voor schepen van ons formaat dit seizoen afgesloten.
Size matters en groot is niet altijd een pre.
Eind mei was er nog altijd een blokkade bij het Canal du
Centre, verschuiving van grond als gevolg van de vele regen. De kans dat die
blokkade half juni was opgeheven was groot maar we hadden helemaal geen zin het
risico te lopen daar vast te zitten. En er waren meer verhalen over problemen
als gevolg van de vele regenval.
Last but not least was de mooie omgeving in de
Champagnestreek een ontdekking. Mooi glooiend, weidse velden met koolzaad en
(nog) kleine wijnranken en jonge aanplant van wijnranken. Zoveel kleuren!
nog heel laag de wijnranken |
ieder veld een andere kleur, door de grond of de begroeiing |
Na de terugreis uit Amsterdam hebben we de auto een dag
langer gehuurd en een rondrit door de streek gemaakt. Dat wilden we met de boot
nog wel even verlengen.
We hebben de reis veranderd in varen naar Toul en terug (daarover
later meer) dan naar het zuiden tot ongeveer Chaumont en terug en dan via de
Marne naar Parijs waar we eind augustus een week blijven liggen alvorens weer
richting Nederland te gaan.
Na Sillery eerst wéér een tunnel, deze had door de hele tunnel
goede verlichting langs de kant waardoor de weg nog te gaan goed zichtbaar is.
we zijn hier halverwege de tunnel |
In Châlons-en-Champagne lagen we afgemeerd tegenover de
tenten van het festival dat daar plaats vond.
Hier moesten we voor het eerst onze nieuwe staken gebruiken,
althans één, omdat de voorpaal niet diep genoeg ging en we buiten bereik van
een bolder lagen.
werk aan de winkel voor Michel |
Helaas waren alle kaartjes
voor het circus uitverkocht maar we konden wel eten in het
tentrestaurant en genieten van de sfeer en niet te vergeten de crêpe die ter
plekke gebakken werd, helemaal vers. Dat zijn de lekkerste maar helaas vind je
die niet vaak meer, meestal zijn ze voorgebakken.
écht lekker |
een soort Parade in Chalons |
Nou dat gaat dus mooi niet door.
Toen we goed en wel op het kanaal zaten, en dus voorlopig
niet kunnen keren, werd ons gemeld dat een sluis vlak voor Bar-le-Duc sinds de
vorige dag kapot was en het zou even duren voor hij weer functioneerde.
Geen probleem, wij hebben geen haast.
Dat even bleek twee dagen later ruim een week te worden.
Geen probleem, gaan we niet naar Toul maar keren we vlak na Bar-le-Duc. Dat
houdt onthaasten ook in, geen probleem.
De beschadiging was veroorzaakt doordat een peniche (niet
die van de foto) had liggen heen en weer gaan in de sluis.
genoeg ruimte voor ons om heen en weer te gaan in de sluis, let op de dwarsbalken in de deuren |
met zulk soort ankers tillen je die deuren wel uit hun voegen |
Op de foto is te zien dat er voor ons nog ruimte zat is
vóór, en ook achter, maar een peniche heeft nauwelijks speling in de lengte en
breedte in deze sluizen. Héél belangrijk dus dat ze hun lijnen goed in de gaten
houden, want door de kolking van het water ligt een schip niet stil in de
sluis.
Blijkbaar was dat mis gegaan want de ankers, niet van het
schip op de foto, waren onder de dwarsbalken van de deuren gekomen en hadden
die bij het schutten mee omhoog genomen. Tja en dan werkt een sluis dus niet
meer.
Het Canal du Marne au Rhin is weer heel andere omgeving,
meer heuvels, meer bossen, meer vakwerkhuizen, duidelijk al richting Elzas.
Van het begin van het kanaal tot vlak voor Toul zijn er 70
sluizen (op een afstand van 85
km) de berg op.
Tot Bar-le-Duc zijn het er 30. Dat alleen al haalt het
vaartempo omlaag.
meer goen, meer bomen en vooral méér sluizen |
Mooie dorpen met veel oude huizen en kerken en een waterput
waar je de fles voor de hond kan vullen.
mooie oude dorpen |
handig zo'n waterput |
Naast het kanaal stromen diverse riviertjes, er zijn dus
veel Ponts Canal waar ze elkaar kruisen en een groot gebied er tussen wat een
beetje moerassig is, een marais. Daar is veel natuurschoon en je kunt er
fietsen maar moet wel af en toe pootje baden. Voor Panache zijn dit soort
uitjes een groot feest.
wie Michel kent weet dat hij hier een heldendaad verricht, met blote voeten door het koude water, hij hááááát dat |
De kanten in dit kanaal zijn erg glooiend waardoor wij niet
goed tegen de kant kunnen afmeren, we lopen vast voor we er zijn (de weinige
kades en steigers die er zijn laten we in principe vrij voor kleinere boten).
We zijn er inmiddels zeer bedreven in geworden om met de
huijkraan de loopplank buiten boord te brengen en zodanig op ons trapje te
bevestigen dat we makkelijk een meter uit de kant kunnen liggen.
Met een paar jaar ervaring zorgen we nu steeds beter dat we
het juiste materiaal hebben en er ook gebruik van kunnen maken. Sommige dingen
maken het leven dan ook beslist aangenamer.
bijna een meter uit de kant, geen probleem, genoeg ruimte ook voor ander verkeer (niet dat er veel anderen zijn) |
Gisteren hebben we een prachtige fietstocht gemaakt naar de
Abdij in Trois Fontaines, althans de ruïne van de abdij in een groot mooi park
en de voormalige bijgebouwen en huizen rond de abdij en park zijn hersteld en
nu bewoond.
In 1118 gebouwd door en voor de cisterciënzer monniken die
er tot de Franse revolutie woonden.
Dat is één van de dingen waar we hier steeds met veel
plezier naar kijken al die dorpen met oude kerkjes en prachtige panden.
de entree en de bijgebouwen van het klooster |
deze ruïne is groot, drie verdiepingen, dus wat denk je van de bomen |
Wat een schrik toen we terug waren en bij de volgende sluis
ineens de nieuwbouw zagen die er plomp verloren in weer zo’n mooi dorpje
geplaatst was.
Het valt zo vreselijk uit de toon dat je het niet eens
gewoon lelijk kunt noemen maar vooral ongelooflijk dat iemand dat zo heeft
bedacht.
lief, loom en landelijk aan de ene kant |
nog één leuk huis aan de andere kant en dan die rare metalen blokken. |
Links het dorp aan de ene kant van de sluis en rechts de
voormalige sluiswachterwoning en daarachter een stuk of 20 geschakelde dozen afgewerkt met glanzende
metalen golfplaten.
We varen voorlopig nog even door op dit kanaal, volgende
blog over het Canal de la Marne
à la Saône.